De reactie uit Washington volgt razendsnel. De American Service-Members’ Protection Act wordt geactiveerd: een wet die Amerikanen met alle middelen beschermt tegen vervolging door het Internationaal Strafhof (ICC). Zelfs als dat een aanval op Nederland betekent. Het Strafhof weigert te buigen. De spanning stijgt, de wereld kijkt toe, de druk op Den Haag wordt steeds groter. Hoever durft Nederland te gaan om vrede en recht te verdedigen?

Dit kan niet waar zijn
Met Operation Hellfire maakt regisseur Eric de Vroedt een politieke satire waarin recht, macht en moraal hard botsen. Een ‘what-if’ die angstig dicht bij de werkelijkheid komt. Je ziet Soumaya Ahouaoui, Gustav Borreman, Tamar van den Dop, Jouman Fattal, Hein van der Heijden, Yamill Jones, Yela de Koning, Rick Paul van Mulligen, Mika Peeters en Emilio Pramatarov.

Regisseur Eric de Vroedt: “Juist nu de internationale wereldorde lijkt te wankelen moeten we ons afvragen: hoe rechtvaardig is het internationaal recht eigenlijk? En werkt het voor iedereen even goed?”

The Hague Invasion Act
Ook in werkelijkheid erkent Amerika de jurisdictie van het ICC niet en weigert daarom mee te werken aan onderzoeken. Bij de oprichting in 2002 reageerde Amerika met een opvallende wet: de American Service Members’ Protection Act. Die wet geeft de Amerikaanse president het recht om met “all means necessary and appropriate” Amerikanen of hun bondgenoten te bevrijden die bij het Strafhof in Den Haag terechtstaan. In de volksmond kreeg de wet daarom de bijnaam “The Hague Invasion Act”.

Al meer dan 100 jaar werken mensen in Den Haag aan internationaal recht en er zijn ongeveer 500 internationale organisaties in de stad. Den Haag noemt zichzelf daarom ‘de internationale stad van vrede en recht’. In Operation Hellfire stellen schrijvers Joeri Heegstra en Max Wind de vraag: hoever is Nederland bereid te gaan om die idealen waar te maken?